Zweepslag l Spierscheur kuit:
Met een zweepslag wordt meestal een (gedeeltelijke) spierscheur in de kuit bedoeld. Het kan echter ook in andere spieren optreden. Een dergelijke spierscheur is vaak het gevolg van een grote explosieve aanspanning van de spier en vindt plaats in de zwakste plek van de spier: de spier/peesovergang. Er ontstaat plotseling een heel scherpe pijn die vaak wordt omschreven als een elastiekje dat springt. Hierna blijft er een hevige pijn in de kuit aanwezig en is het vaak niet mogelijk om verder te lopen omdat het aanspannen en het rekken van de kuit pijnlijk is. Na een aantal uren kan er een blauwe plek ontstaan op de plek van het letsel.
Compartimentsyndroom van het onderbeen
De klachten worden vaker gezien bij hardlopers, schaatsers en wandelaars. In veel gevallen is een forse toename van de belasting de oorzaak tot het ontstaan van klachten.
Symptomen van een compartimentssyndroom
Vaak gerapporteerde klachten zijn pijn en spanning in het onderbeen tijdens of na inspanning. Het kan zijn dat de activiteit gestopt moet worden ten gevolge van de klachten. Soms gaan de klachten gepaard met een dof gevoel of tintelingen.
Een andere oorzaak kan een naar binnen gezakt voet zijn.
Trombose been
Een trombosebeen is een aandoening waarbij een bloedstolsel (trombus) gevormd wordt in de bloedvaten van het onderbeen. Zo’n bloedstolsel kan ervoor zorgen dat een bloedvat geheel of gedeeltelijk wordt afgesloten. Jaarlijks krijgen ongeveer 25.000 mensen een trombosebeen.
Bij een trombosebeen zorgt een bloedstolsel in een ader van het been voor problemen. Door het bloedstolsel wordt de bloedstroom belemmerd. Hierdoor zwelt het been op en gaat het been zwaar aanvoelen. Slagaders hebben een veel hogere stroming van het bloed dan de aders. Hierdoor komt bloedstolling in de slagaders minder vaak voor.
Embolie
Wanneer een stukje of het gehele bloedstolsel losraakt van de bloedvatwand wordt dit meegevoerd door de bloedstroom. Als dit stolsel dan in een andere ader of slagader vast komt te zitten, dan noemen we dit een embolie. De bekendste vorm van een embolie is een longembolie.
Andere vormen van trombose
De meest bekende vorm van trombose is het trombosebeen. Daarnaast zijn er nog andere minder bekende vormen van trombose. Bij oogtrombose is er sprake van een bloedstolsel in de bloedvaten van het netvlies en bij sinus trombose zit er een bloedstolsel in de afvoerende bloedvaten van het hoofd. Trombose kan ook in de arm optreden, dit noemen we een trombose arm.
Oorzaak en ontstaanswijze
Trombose kan onder andere ontstaan door een onregelmatige bloedstroom of door bloedvaten die niet meer glad van binnen zijn (aderverkalking). Ook een veranderde samenstelling van het bloed kan trombose tot gevolg hebben.
De grootste risicofactor op het krijgen van trombose is een al eerder doorgemaakte trombose. Verder zijn er een aantal andere risicofactoren die de kans op trombose vergroten. Trombose kan echter ook zonder de aanwezigheid van duidelijke risicofactoren ontstaan.
Trombose kan ontstaan bij verminderde kwaliteit van de bloedvaten door:
- Roken
- Hoog cholesterolgehalte
- Diabetes
- Hoge bloeddruk
- Kanker
Daarnaast kan trombose ook ontstaan als de bloedstroom te traag wordt. Hierdoor kan het bloed niet goed meer wegstromen, waarna een trombose op kan treden. Een vertraagde bloedstroom kan onder andere ontstaan door langdurige bedrust, een operatie, een gipsbeen, lange vliegtuig- of busreizen en hartritmestoornissen.
Mediaal tibiaal stress syndroom (shinsplint)
Klapvoet
Bij een klapvoet zijn de spieren die de voet en de tenen heffen verlamd. Hierdoor kan de voet zich niet goed afwikkelen tijdens het lopen of valt deze naar beneden. Het kan voorkomen dat ook andere stabiliserende spieren verzwakt zijn.
Veelal is de oorzaak een zenuwbeknelling van de kuitbeenzenuw ter hoogte van de knie. Dit kan gebeuren door bedlegerigheid, lang in een gehurkte positie werken of bijvoorbeeld langdurig met de benen over elkaar zitten. Een andere oorzaak kan zijn dat de zenuw beschadigd is geraakt door een acuut trauma. Tevens kan een klapvoet voorkomen ten gevolge van een hernia of vernauwing tussen de wervels.
Veel gerapporteerde klachten zijn problemen met het lopen. Zo kan er een lopen kan de voet neer klappen. Men kan hierdoor dus ook regelmatig struikelen en/of vallen. Het optillen van de voet en tenen is moeilijk of helemaal niet mogelijk, evenals het op de hakken staan. Er is dus een uitgesproken spierzwakte van de voet- en teenheffers. Pijnklachten zijn mogelijk doordat de verzwakte spieren overbelast raken. Het is ook mogelijk dat er sprake is van een doof of tintelend gevoel in het onderbeen en de voet.